Dan heeft hij het mis.
Nu zal ik iets van hem nemen — iets dat onvervangbaar is.
Zijn zus.
Onderpand.
Maar zelfs als Joseph het geldbedrag verdubbelt dat hij me schuldig is, geef ik haar niet op.
Nee. Ik heb een naam hoog te houden.
Dus ik hou haar.
En ik geef haar niet op.