Op mijn negende ging ik naar mijn eerste begrafenis. Niet alleen moest ik accepteren dat mijn vader dood was, ik moest ook allerlei tot dan toe onbekende en vreselijke waarheden accepteren. Waarheden waar ik niet klaar voor was.
Toen ik negentien was, overleed mijn moeder. We waren niet heel close, maar nu ik ook haar niet meer had, was ik eenzamer dan ooit.
Ja, ik heb nog wel een halfbroer. Hij runt The Alliance. En ja, hij heeft me beloofd dat hij me zal beschermen. Nu heb ik een bodyguard en een chauffeur. Maar ik heb niemand die me echt kent. Niemand die echt om me geeft. Van me houdt.
Tot ik hem ontmoet.
De man op het vliegveld.
Die toevallige ontmoeting wordt veel meer, iets veel serieuzer. Ik laat mezelf geloven dat hij misschien de ware is. Misschien is deze man wel degene die me eindelijk redt van de eenzaamheid. Degene die me dat familiegevoel geeft waar ik zo naar verlang.
DOM
De maffia zit in mijn bloed. Het is wat ik ben.
Dus wanneer dat bloed wordt vergoten en één begrafenis worden er drie, moeten er drastische maatregelen worden genomen. Deze strijd zal een oorlog worden en wanneer dat gebeurt, heb ik meer mannen nodig. Meer macht.
Ik zal een organisatie nodig hebben die me dat alles kan geven, en méér. Dus moet ik één ding doen: ik zal lid worden van The Alliance. Wie of wat me dat ook mag gaan kosten.