Geïllustreerd met beeldmateriaal uit het archief van de familie De Wind, waaronder twee niet eerder gepubliceerde foto’s van vlak na de bevrijding van Auschwitz
Een belangrijk en uniek historisch document dat op aangrijpende wijze het lot van gevangenen in de vernietigingskampen in beeld brengt.
De Joodse arts Eddy de Wind ging in 1942 als vrijwilliger werken in het doorgangskamp Westerbork. Hij ontmoette er de jonge Joodse verpleegster Friedel, die uit Duitsland naar Nederland was gevlucht. Ze werden verliefd en trouwden in het kamp. In 1943 werden ze gezamenlijk per goederentrein naar Auschwitz getransporteerd. Daar scheidden hun wegen zich: Eddy kwam terecht in barak 9, Friedel in 10, de barak waar de medische experimenten werden uitgevoerd.
Toen in het najaar van 1944 het Russische Rode Leger Auschwitz naderde, besloten de nazi’s hun sporen uit te wissen. De gevangenen, onder wie Friedel, moesten richting Duitsland lopen – later zouden dit de dodenmarsen worden genoemd. Eddy verstopte zich en bleef achter in Auschwitz. Hij vond een schrift en een potlood en begon te schrijven.
In Eindstation Auschwitz doet Eddy de Wind verslag van de verschrikkingen in het kamp en analyseert en observeert hij het gedrag – zowel goed als kwaad – waar mensen toe in staat zijn. Hij beschrijft Auschwitz zoals nooit eerder is gezien, rechtstreeks vanuit het kamp en met de emotie van dat moment. In maart 2024 werd in Amsterdam het Nationaal Holocaustmuseum geopend, waar het originele schrift van Eddy de Wind een prominente plaats heeft gekregen in de permanente collectie.